contactgegevens
APOTHEEK VELGHE
Zottegemstraat 24
9688 Schorisse
T. 055 45 56 81
info@apotheekvelghe.be

APOTHEEK VELGHE RONSE
Peperstraat 19
9600 Ronse
T. 055 21 26 72
ronse@apotheekvelghe.be
› Hooikoorts

Hoe merk ik het?

  • Niezen, verstopte neus of loopneus
  • Tranende ogen
  • Jeuk in ogen, neus of keel

Hoe werkt het?

Hooikoorts (seizoensgebonden allergische rinitis of pollinosis) is een vorm van allergie. Een allergie is een "overdreven" afweerreactie van het lichaam tegen allergenen. Bij hooikoorts zijn dat boom- of graspollen, onzichtbaar kleine stuifmeeldeeltjes van bloeiende bomen of grassen in de lucht. Andere veel voorkomende allergenen zijn huisstofmijt en huidschilfers van honden of katten. Als een allergeen in contact komt met het lichaam ontstaat er bij sommige mensen een allergische reactie. Antistoffen (IgE-antistoffen) die gebonden zijn aan bepaalde cellen (mestcellen) in het menselijk lichaam, reageren met dit allergeen. Bij deze reactie komen chemische stoffen vrij, zoals histamine. Deze chemische stoffen veroorzaken bij hooikoorts een verstopte neus, jeuk in de neus, de ogen of in de keel, een loopneus of tranende ogen. Hooikoorts is een seizoensgebonden allergie. De eerste pollen, van de bloeiende els en hazelaar, verschijnen in januari in de lucht. De laatste, van de bijvoet, in september. Meestal is er sprake van een allergie voor een of enkele pollen. De meest voorkomende allergie is die voor graspollen. Graspollen bevinden zich vooral in de lucht van ongeveer mei tot juli.

Hoe ontstaat het?

Het is niet bekend waarom de ene persoon wel allergisch reageert en de andere niet. Erfelijkheid speelt een belangrijke rol. De aanleg voor een allergie is al bij de geboorte aanwezig. Maar of die aanleg ook tot klachten zal leiden is niet zeker. Waarschijnlijk spelen daarbij omgevingsfactoren in de jeugd, zoals luchtverontreiniging of roken van de ouders, ook een rol. Hooikoortsklachten ontstaan pas na verloop van jaren, meestal op de tienerleeftijd. Ze hebben de neiging om daarna weer langzaam af te nemen. Een voorspelling hierover is echter niet te geven. Bij sommige mensen kunnen de klachten vele jaren lang ieder voorjaar weer terugkeren.

Hoe ga ik er zelf mee om?

  • Hooikoorts zelf is niet te genezen. Wel kunt u proberen het contact met het allergeen, bijvoorbeeld de graspollen, zoveel mogelijk te vermijden. De volgende opmerkingen kunnen u daarbij mogelijk helpen:
  • houd in het graspollenseizoen de ramen zoveel mogelijk gesloten;
  • 's middags en op warme en winderige dagen is de pollenconcentratie het hoogst (op Teletekst, pagina 709, is in het graspollenseizoen een speciaal hooikoortsbericht te vinden en Radio 1 zendt een speciaal hooikoortsweerbericht uit);
  • uiteraard zijn er veel pollen in de lucht in de buurt van grasvelden (maai niet zelf het gras);
  • aan zee en in de bergen is de pollenconcentratie meestal het laagst;
  • probeer roken te vermijden.

Hoe gaat de arts er mee om?

  • Er zijn meerdere behandelingsmogelijkheden tegen hooikoorts. Bij de drogist of in de apotheek kunt u zelf medicijnen kopen. De huisarts kan u adviseren een van de volgende medicijnen te gaan gebruiken:
  • een antihistaminicum in tabletvorm of als oogdruppel of neusspray (een antihistaminicum werkt snel en kunt u indien nodig gebruiken);
  • cromoglicinezuur in de vorm van oogdruppels of neusspray;
  • een corticosteroïdenbevattende neusspray.

Wetenschappelijk nieuws

Hooikoorts heeft een negatieve invloed op de rijvaardigheid van patiënten. Het effect van de symptomen van hooikoorts op de rijvaardigheid kunnen zelfs vergelijkbaar zijn met een alcoholpromillage van 0,5 in het bloed, vergelijkbaar met de consumptie van twee tot drie glazen alcohol. Dat zeggen onderzoekers van het Maastricht UMC+. Hooikoortspatiënten moesten onder begeleiding van een rijinstructeur rijvaardigheidstests doen, waarbij met een spray hooikoortsverschijnselen werden opgewekt. Wel blijkt dat hooikoortsmedicatie de rijvaardigheid voor een groot gedeelte weer herstelt. Met name mensen van wie de rijvaardigheid door andere factoren al beïnvloed kan zijn, bijvoorbeeld door gebruik van medicijnen of andere ziektes, moeten daarom extra alert zijn.