contactgegevens
APOTHEEK VELGHE
Zottegemstraat 24
9688 Schorisse
T. 055 45 56 81
info@apotheekvelghe.be

APOTHEEK VELGHE RONSE
Peperstraat 19
9600 Ronse
T. 055 21 26 72
ronse@apotheekvelghe.be
› Herpes genitalis

Hoe merk ik het?

  • Pijnlijke blaasjes rond en op de geslachtsdelen
  • Pijn bij het plassen
  • Abnormale vaginale afscheiding

Hoe werkt het?

Herpes genitalis is een infectie die wordt veroorzaakt door een virus. Er zijn twee typen van dit virus, namelijk HSV-1 (herpes simplex-1) en HSV-2 (herpes simplex-2). HSV-1 is de belangrijkste verwekker van de bekende koortslip (herpes labialis). Herpes genitalis wordt in 80 procent van de gevallen veroorzaakt door HSV-2. De eerste verschijnselen - jeuk en pijn rond penis, vagina en anus - ontstaan vier tot zeven dagen na de besmetting. Daarna verschijnen er kleine pijnlijke blaasjes en bultjes op de huid van de geslachtsdelen of rond de anus. Het plassen kan pijn gaan doen en de lymfeklieren in de liezen kunnen groter en gevoelig worden. De blaasjes breken open en vloeien samen tot zweertjes. Op de zweertjes ontstaan korstjes. Deze drogen in. Na twee tot drie weken zijn de zichtbare afwijkingen weer verdwenen. Een eerste infectie met het herpes-genitalisvirus kan gepaard gaan met koorts en een gevoel van ziek zijn. Na genezing verdwijnt het virus niet uit het lichaam maar blijft aanwezig in de zenuwen van het bekken. Door een meestal onbekende oorzaak wordt het virus soms weer actief en treden er nieuwe infecties op. De verschijnselen zijn dan vaak minder heftig en korter van duur. Complicaties zijn zeldzaam. In een enkel geval kan de infectie opstijgen naar de baarmoeder of eierstokken. Het herpes-simplexvirus kan tijdens de bevalling worden overgedragen op de baby. Bij een eerste infectie wordt daarom meestal besloten tot een bevalling met de keizersnede.

Hoe ontstaat het?

Herpes genitalis is een geslachtsziekte (SOA) en wordt overgedragen door seksueel contact.

Hoe ga ik er zelf mee om?

Bent u eenmaal besmet, dan kunt u zelf niets meer doen. Condoomgebruik tijdens een infectie voorkomt niet altijd een besmetting. Gebruik van een condoom ter bescherming is niet nodig als uw partner ook een herpes-genitalisinfectie heeft doorgemaakt. Na het verdwijnen van de blaasjes en zweertjes is de kans op het overdragen van het virus zeer gering maar niet geheel en al verdwenen. Mannen moeten een afspraak maken bij de huisarts als er sprake is van een branderig gevoel tijdens het plassen en van pijnlijke blaasjes of zweertjes rond penis en anus. Vrouwen moeten een afspraak maken als er sprake is van abnormale vaginale afscheiding, pijn tijdens het plassen of van pijnlijke blaasjes rond vagina of anus. Vaak is er al pijn of jeuk nog voordat er aan de huid of slijmvliezen iets te zien is. Tijdens een zwangerschap is het verstandig het de verloskundige of huisarts te melden als u en/of uw partner een herpes-genitalisinfectie heeft/hebben doorgemaakt. De huisarts zal meestal in staat zijn op grond van uw klachten en de verschijnselen de diagnose herpes genitalis te stellen. Soms is het nodig een kweek af te nemen voor verder onderzoek.

Hoe gaat de arts er mee om?

Geen enkele behandeling kan herpes genitalis genezen, maar wel kunnen ernst en duur van de klachten worden verminderd. Bij geringe klachten zal de huisarts zinkolie voorschrijven, eventueel met een pijnstillende stof. Bij ernstige klachten kan de huisarts besluiten te behandelen met een antivirus (antiviraal) middel. Dit antivirale middel kan ook in een onderhoudsdosering worden gebruikt bij regelmatig terugkerende infecties met herpes genitalis. Ook als u geen klachten heeft is het mogelijk dat u de infectie bij het vrijen doorgeeft. Maar de kans daarop is heel klein. Tijdens een eerste infectie zal het virus enkele weken via de beschadigde huid en slijmvliezen worden uitgescheiden. Bij een tweede of volgende infectie is deze periode meestal korter.

Wetenschappelijk nieuws

De auteurs van 2 onderzoeken die zijn gepubliceerd in de "British Medical Journal" concluderen dat het risico op besmetting met herpes genitalis in het algemeen groot is tijdens exacerbaties, vrij klein is tussen frequent optredende exacerbaties en zeer klein is bij een langer geleden opgelopen infectie met slechts zeldzame opvlamming en afwezigheid van lesies. Daarnaast blijkt het niet zo te zijn dat het continu slikken van aciclovir het risico op besmetten van de partner geheel uitsluit. Het eerste onderzoek omvatte 110 vrouwen die langdurig dagelijks bij zichzelf viruskweken afnamen, gemiddeld 105 dagen, zowel tijdens exacerbaties als op momenten zonder afwijkingen. Het vervolgonderzoek liet zien dat continu gebruik van aciclovir het aantal exacerbaties en het aantal dagen van virusuitscheiding zonder zichtbare lesies verminderde. Helaas werd de virusuitscheiding niet nul; deze verminderde van 83 van 1.439 dagen (placebo) naar 6 van 1.611 dagen. Bron: FUS 98-9-135.