Hoe merk ik het?
- Aanvankelijk misselijkheid, braken
- Pijn, rond de navel, later naar de rechter onderbuik trekkend
- Verhoging (37.5 - 38.5 graden Celsius)
- Pijnlijke buik bij aanraking, ook bij lopen en hoesten
Hoe werkt het?
Het klassieke beeld van een blindedarmontsteking (appendicitis, ontsteking van het wormvormig aanhangsel van de blinde darm) is doorgaans als volgt. De pijn begint in de bovenbuik en gaat aanvankelijk gepaard met misselijkheid en soms braken. Later trekt de pijn naar de rechter onderbuik en wordt heftiger. Er is een temperatuurverhoging tot 38.5 graden Celsius. Hoesten, lopen, lachen (alles dus waarbij de buikinhoud schoksgewijs beweegt) is erg pijnlijk. Maar een blindedarmontsteking verloopt vaak niet typisch; het begin kan anders zijn of u kunt ergens anders pijn voelen, bijvoorbeeld in de onderbuik links in plaats van rechts. Wordt een ontstoken blinde darmen niet behandeld, dan kan het verloop op twee manieren gaan:- De blinde darmen "perforeert", dat wil zeggen: hij barst open, waarbij pus en bacteriën van de ontsteking zich door de hele buikholte verspreiden. Er ontstaat dan een algehele buikvliesontsteking (peritonitis). De hele buikholte kan daarbij ontstoken raken. Dit is een heel ernstig en levensbedreigend ziektebeeld.
- De ontsteking wordt ingekapseld door darmlissen en het buiknet, die rondom en over de ontstoken appendix gaan liggen. Hierdoor kan de ontsteking zich niet meer door de buikholte verspreiden. Binnen die ingekapselde holte geneest de ontsteking vaak binnen enkele weken.
Hoe ontstaat het?
Er is geen duidelijke oorzaak voor aan te geven.
Hoe ga ik er zelf mee om?
Bij hevige buikpijn is het altijd zaak direct uw arts te raadplegen. Niet aarzelen, maar direct naar de dokter gaan of de dokter laten komen. U kunt daarmee voorkomen dat er gevaarlijke complicaties ontstaan.
Hoe gaat de arts er mee om?
Ook voor een ervaren arts is het niet altijd mogelijk de diagnose blindedarmontsteking met zekerheid te stellen. Er zal in het ziekenhuis aanvullend onderzoek gedaan moeten worden (bloed- en urineonderzoek en een echo van de buik). Is er inderdaad sprake van een ontstoken appendix, dan moet deze zo snel mogelijk worden verwijderd om gevaarlijke complicaties als buikvliesontsteking te voorkomen. Is de appendix toch al geperforeerd, dan is een grotere operatie nodig om de buikholte te reinigen. Ook zult u dan met antibiotica moeten worden nabehandeld. U kunt in Zo'n situatie heel ziek zijn. Een ingekapselde ontstoken appendix laat men meestal spontaan genezen. Een paar maanden later gaat de appendix er wel alsnog uit.
Wetenschappelijk nieuws
Volgens het nederlands tijdschrijft voor Klinische chemie is de diagnose van acute appendicitis vaak lastig. In 14 to 75 procent vand e gevallen, afhankelijk van de onderzoeker, wordt een normale blinde darm verwijderd.
Onderzoek van Lodewijk Cobben, radioloog in het Medisch Centrum Haaglanden in Den Haag, laat zien dat van elke honderd mensen die worden geopereerd aan hun blinde darm, dit bij vijfendertig mensen niet nodig was. Volgens de onderzoeker kan een betere diagnostiek dergelijke overbodige operaties voorkomen.
Marjolein Leeuwenburgh: ‘MRI in suspected appendicitis’. MRI is een alternatief voor echo en CT om de diagnose blindedarmontsteking te stellen. Volgens de huidige richtlijnen wordt bij patiënten met een verdenking op een blindedarmontsteking eerst een echo gemaakt en daarna zo nodig een CT-scan om de diagnose te bevestigen. Echter, echo heeft als nadeel dat veel blindedarmontstekingen worden gemist, bij een CT wordt de patiënt blootgesteld aan kankerverwekkende röntgenstraling. Volgens de promovenda vormt MRI een goed alternatief. MRI heeft als voordeel dat het nauwkeuriger is dan echo en dat niet, zoals bij CT, röntgenstraling vrijkomt. Leeuwenburgh deed enkele studies om de nauwkeurigheid en reproduceerbaarheid van MRI vast te stellen. Voor haar onderzoek kregen patiënten met een verdenking op een blindedarmontsteking op de spoedeisende hulp naast echo en CT, ook een MRI. Een panel van deskundigen stelde de uiteindelijke diagnose, na eventuele operatie. Bij volwassen patiënten werd MRI vergeleken met echo gevolgd door CT; MRI bleek minstens even accuraat als de gebruikelijke diagnostiek. In een studie bij kinderen werd eveneens een hoge nauwkeurigheid van MRI gevonden.